Hardloper let op: laat je niet adviseren met behulp van een loopband!

Er zijn hardloopspeciaalzaken en allround sportzaken waar een loopband ingezet wordt als hulpmiddel bij het geven van schoenadvies. Als het LoopCentrum een loopband zou hebben, stond-ie vandaag nog aan de straatkant, bij het grofvuil!

Een loopband geeft namelijk verkeerde informatie over het looppatroon. Uit onderzoek blijkt dat veel lopers een totaal ander bewegingspatroon laten zien als ze over een bewegende ondergrond moeten lopen. Het is ‘onnatuurlijk’ en leidt vaak tot een landing op de voorvoet, daar waar de meeste lopers op de weg of in het bos op de hak of op de midvoet landen. Oorzaak hiervan is dat de loper minder stabiliteit ervaart op een bewegende band en daardoor snel bodemcontact zoekt. ‘Grijpen’ naar evenwicht en daardoor landen op de voorvoet, net zoals sprinters dit doen. Ook zij zoeken snel bodemcontact en hebben geen tijd om de volledige voet af te wikkelen.

Reeds in de jaren ‘90 werd door de Duitse wetenschappers Steeger, Blumlein, Bodem en Menke geconstateerd dat er nog veel meer aan de hand is dan de verandering van hiellanding naar voorvoetlanding. De paslengte wordt korter en de pasfrequentie hoger dan op het wegdek. Ook de hiel, de bal van de voet en vooral de stand van het enkelgewricht vertonen een ander beweging tijdens de steunfase¹. Zelfs de activiteit van spieren in het gehele been en rondom de heupen is anders.

Het analyseren van het looppatroon door gebruik te maken van een loopband kan hierdoor leiden tot foutieve conclusies en een onjuist schoenadvies. De hardheid van het materiaal in de hak van de schoen kan niet beoordeeld worden als de loper ineens een voorvoetlanding vertoont. Daarnaast is de stabiliteit van een schoen in de steunfase¹ niet goed te beoordelen.

Ook vanuit de medische hoek wordt het gebruik van een baan ondersteund. Een sportarts uit Papendal (verbonden aan het NOC*NSF), zei al eens tijdens een interview: “ik ril al jaren van het gebruik van het loopbanden om te zien hoe iemand loopt. Op een loopband -zeker in een winkel- loop je volstrekt anders dan in het dagelijks leven. Op een band loop je te stiefelen. Angst, korte band, val ik er niet af, onwennigheid. je wikkelt niet af, dus kun je ook de stabiliteit niet bepalen. Ik krijg er kromme tenen van. De beste analyse maak je door mensen gewoon te laten lopen”.

De keuze voor een baan in plaats van een band is dus de enige juiste keuze. Voorwaarde hierbij is dat de baanlengte de loper in de gelegenheid stelt om de ‘normale’ afwikkeling te laten zien. Op een te korte baan zet je aan om vervolgens alweer af te moeten remmen om op tijd stil te staan. Er is circa 10 meter nodig om je normale looppatroon te kunnen analyseren. Vervolgens 10 meter voor de opname en tot slot een aantal meters om af te remmen.

Hardloper let op: laat je niet adviseren met behulp van een loopband!
Hardloper let op: laat je niet adviseren met behulp van een loopband!
Hardloper let op: laat je niet adviseren met behulp van een loopband!
Hardloper let op: laat je niet adviseren met behulp van een loopband!

Op een kortere baan ziet de adviseur geen volledige afwikkeling en veelal geen haklanding. Het looppatroon, de stabiliteit en reactiviteit van schoenen kan op deze wijze niet goed beoordeeld worden. Helaas worden er in Nederland veel korte banen gebruikt bij “hardloopspeciaalzaken”.

Kortom: een analyse uitgevoerd op een korte loopbaan is net zo fout als het gebruik van een loopband. Een testbaan met een lengte zoals in het LoopCentrum is dus geen overbodige luxe en zelfs essentieel om als professioneel hulpmiddel in te zetten bij het kiezen van de juiste schoen.

Heb je hardloopschoenen gekocht, maar twijfel je over de functionaliteit of heb je klachten met de huidige schoenen of een (beginnende) blessure? Je bent in het LoopCentrum welkom voor een gratis schoenen-check! Neem je schoenen mee en loop gerust binnen.

¹ steunfase is: Het moment waarop een loper het volledige lichaamsgewicht op één been draagt.